Een paar weken geleden werd ik benaderd door een journalist van nieuwsuur. Ze gingen een uitzending maken over #landschapspijn. Ik had daar ooit wat over geroepen op twitter en zodoende kwamen ze bij mij terecht. Er volgde een gesprek over wat landschapspijn is en hoe we volgens de mensen die die pijn ervaren van die pijn af kunnen komen. Van het één kwam het ander en een paar weken geleden werd ik geïnterviewd en werd er gefilmd op de boerderij. Zaterdagavond jl. was de uitzending waar stukjes van mijn verhaal in verwerkt zaten. Omdat de uitzending erg kort was, hier mijn verhaal met wat meer duiding van wat ik eigenlijk gezegd heb en wat de uitzending niet haalde.
Voorop gesteld: pijn is iets heel subjectiefs. Dat is niet anders met landschapspijn. Of je een landschap mooi vind of niet hangt voor een groot gedeelte af van de verwachtingen die hebt van dat landschap. Een burger en een boer hebben denk ik regelmatig andere verwachtingen van dat landschap en daar botst het zo nu en dan. Immers “beauty is in the eye of the beholder” Als ik het heb over het landschap Hier in de polder dan is dat landschap letterlijk gemaakt met het doel voedsel productie. Dat kan je niet mooi vinden maar dat is letterlijk de reden dat de polder is gecreëerd. En het is hier goed boeren; vruchtbare bodems, efficiënte verkaveling moderne bedrijven.
De kop van het item op nieuwsuur “het Nederlands boerenlandschap is dood, geen dier of plant te bekennen” is erg suggestief. Ik heb in het bijzijn van de journalist van dienst en de cameraman ook de spade in de grond gezet en het was een feest van wormen en ander met het blote oog vaak onzichtbaar leven in de grond. Dit is ook op camera vast gelegd helaas haalt dat de uitzending dan niet.
Dat het landschap dood is en dat de grond compleet uitgeput is wordt ook vaak geroepen in de media. Toch ligt dat wat genuanceerder. Zie bijvoorbeeld dit rapport over Organische stof gehalte in Nederlandse bodem (een goede graadmeter als het gaat om bodemgesteldheid). In dit rapport lezen we: “Results show that the mean SOM content of mineral soils remained stable during the last decades, despite worldwide reports about declining SOM contents.” Over het algemeen doet de moderne Nederlandse boer er tegenwoordig heel veel aan om zijn bodem gezond te houden. Hij is de eerste die echte pijn ondervindt, wanneer de bodemgezondheid achteruit gaat. Een dode bodem kan geen kwalitatieve en goed opbrengende producten leveren. Kortom de boer is enorm gebaat bij een levende en gezonde bodem. Het is waar dat het wel uitdagend is die bodem gezond te houden. En bijvoorbeeld wetgeving die gebruik van dierlijke mest steeds moeilijker maakt, vormt daarin een extra moeilijkheid.
De mevrouw uit Friesland in de uitzending “vraagt zich af hoeveel leven er in die grond zit.” Dat mevrouw zich dat afvraagt zegt anders dan de uitzending doet suggereren precies niks over de hoeveelheid leven die werkelijk in de grond zit. Trouwens, wie bepaalt eigenlijk hoeveel leven er in de grond moet zitten? Wat is optimale biodiversiteit? En moet je streven naar optimale biodiversiteit op landbouwgrond die bedoeld is voor voedselproductie?

Landbouwgrond is geen natuurgrond.
Nu komen we een beetje bij de crux van mijn verhaal en iets wat in mijn ogen belangrijk is, maar de uitzending in het geheel niet heeft gehaald. Mensen die landschapspijn hebben zijn de mensen die zich zorgen maken over biodiversiteit en zijn vaak dezelfde mensen die als remedie tegen die pijn en tegen het verlies aan biodiversiteit als oplossing biologische landbouw noemen. En daar vind ik wat van… Zoals ik eerder heb betoogd, Biologische landbouw is prima en het is ook financieel super interessant voor boer en de hele keten tot en met de supermarkt. Maar biodiversiteit is er uiteindelijk niet mee geholpen. Het tegendeel is eerder waar. Ook de landschapspijn word er niet mee weggenomen.
Dat klinkt tegenstrijdig… ik zal het nog eens uitleggen. Eerst over die pijn. De akker van mij en de biologische akker van bijvoorbeeld mijn buurman zijn qua landschap niet van elkaar te onderscheiden. Het ziet er precies hetzelfde uit, (alleen zie je op de akker met uien van mij wat meer (nesten van) kieviten, maar dat terzijde…) dus qua landschapspijn geen verschil. Hoe komt het nu dat je geen verschil ziet? Simpel. Ook de biologische boer wil een goede oogst. Ook de biologische boer bestrijdt onkruid (op die akker zijn ook geen (andere) planten dan het geteelde cultuurgewas te bekennen). Ook de biologische boer wil geen schadelijke insecten die zijn gewas opeet en zal in de praktijk daar waar mogelijk voor de biologische teelt toegestane pesticiden inzetten. Wist u dat tegenwoordig 50% van de aanvragen voor nieuwe gewasbeschermingsmiddelen in de EU biopesticiden zijn? Met andere woorden: er worden andere instrumenten ingezet. Dus niet een combinatie van herbiciden machinaal schoffelen en handschoffelen (conventioneel), maar enkel machinaal en handwerk (bio). Of bijvoorbeeld insecticiden van natuurlijke oorsprong (maar regelmatig wel heel giftig) (bio) tov. insecticiden van synthetische oorsprong (regelmatig minder giftig en beter voor het milieu) (conventioneel). Maar het doel en het resultaat zijn hetzelfde: een goed en gezond product en een akker vol met uien zonder daartussen in allemaal andere planten en of (on)kruiden.
Onderzoek laat zien dat gemiddeld op een biologisch bedrijf de biodiversiteit 3-5% hoger is ten opzichte van een conventioneel bedrijf. We weten dat biologische landbouw gemiddeld 25% lagere opbrengsten heeft. Dit is overigens een optimistische schatting, want er wordt nog nergens goed rekening gehouden met het lekken van N (stikstof) en P (fosfaat) vanuit de gangbare sector naar de bio sector. Door de lagere opbrengsten is er 33% (uitgaande van een 25% minderopbrengst) meer land nodig om hetzelfde te produceren; land dat je ook “echte natuur zou kunnen laten zijn.” Het verschil in biodiversiteit tussen landbouwgrond en echte natuur is vele malen groter dan die 3-5% tussen bio en conventioneel. (zie ook WWF filmpje waar ik onderaan dit stuk naar link) Door ervoor te pleiten op grote schaal biologisch te gaan boeren, ben je dus per saldo het paard achter de wagen aan het spannen. Je schiet er niks mee op. Sterker nog, het werkt uiteindelijk averechts.
Waar het om gaat, is dat landbouw geen natuur is. Dat geldt voor mijn akker, als ook voor de biologische akker. De paar procent winst in biodiversiteit valt in het niet bij het verlies aan landbouwareaal zoals ook deze studie suggereert: “Our suggestion that high-yield farming could be linked to land sparing to enhance the conservation of biodiversity and perhaps some ecosystem services is somewhat counterintuitive, and is clearly an uncomfortable proposition for many. None – theless, we believe that the evidence to date suggests there would be considerable benefts from conservationists working with agricultural technologists, policymakers, development experts, and the food sector to identify ways of linking yield growth to habitat retention and restoration.”
Terug naar de uitzending. In de uitzending wordt de volgende conclusie getrokken met gebruik van de cliché uitspraak dat het “uiteindelijk een kwestie is van geld.” Hoewel er natuurlijk een kern van waarheid zit in deze uitspraak (“de boer boert zoals ie boert alleen maar om het geld”), gaat het wat mij betreft niet op in dit geval. Immers Biologisch zoals ik hierboven betoog heeft per saldo een negatief effect op biodiversiteit, maar een positief effect op de portemonnee van mij als boer. Ik kies er bewust voor niet om te schakelen naar biologisch en dat is absoluut geen economische keuze. Het is zelfs economisch gezien een oerdomme keuze (wat mij betreft). Maar ik zie gewoonweg meer ruimte voor duurzame landbouw met de toolbox die ik als gangbare boer tot mijn beschikking heb. Ik ben namelijk vrij om zowel de toolbox van de bioboer te gebruiken als ook de toolbox van de conventionele boer. En zodoende vrij van beide werelden het beste te implementeren en zo te streven naar duurzaamheid.
De uitspraak dat het een gevecht is tussen economie en milieu (dat het uiteindelijk om geld gaat) gaat mijns inziens bijvoorbeeld juist wel op als het gaat om het vol leggen van vruchtbare landbouwgrond met zonnepanelen. Ook dat is financieel heel interessant maar voor de biodiversiteit… ? Enfin, allemaal keuzes.
Het is net wat je wilt zien.. (team agro)
Zelf ben ik heel dankbaar voor mijn prachtige beroep, dat ik mag werken met de natuur en toch enigszins in de “natuur”. Want laten we wel wezen, landbouw is geen natuur, maar landbouw is nog altijd veel meer natuur dan een industrieterrein, een winkelcentrum, een woonwijk, een zonnepark of een snelweg. Ik als boer die het voorrecht heeft tussen zijn gewassen te lopen, herken me niet in de uitspraak dat er geen plant of dier meer te bekennen is op het land en ook herken ik me in het geheel niet in de uitspraak dat de grond zo dood is als een pier. Gelukkig niet, want anders kan ik de boerderij wel opdoeken. Ik ben meer dan in welk beroep dan ook hartstikke afhankelijk van de natuur.
Nadat je dit allemaal gelezen hebt, heb ik tot slot echt 1 dringende tip, als je nog een kwartiertje over hebt, om dit te bekijken: WWF “land sparing is the least bad option” https://vimeo.com/139713170. Geeft te denken in het kader van heel het verhaal hierboven!
Well said ! Same problems in North America and Canada. People are too distanced from agriculture and question how their daily food is produced, understandable
It is our duty as farmers to communicate and explain , as you do.
LikeGeliked door 1 persoon
Keigoed verhaal dit, geen speld tussen te krijgen wat mij betreft. Het verbaast me elke dag weer hoe weinig tractie dit genuanceerde verhaal in de media krijgt. Nooit iets over de voordelen van intensief telen, want die zijn er gewoon. Dat het ook voordelig is voor de échte natuur om landbouw te concentreren ipv te extensiveren.
Ik worstel nog een beetje met hoeveel intensieve veeteelt een land kan verdragen en of er misschien een punt bereikt is dat het eigenlijk te veel is. Ik weet het niet. Ik zou het mooi vinden als er aan de vraagkant wat gebeurd en doorontwikkeling alternatieven zou ik toejuichen.
Tenslotte mbt landschap: men wil gewoon terug naar het landschap uit hun jeugd. Vooral nostalgie zonder lelijke moderne schuren, met veel houtwallen, geen distributie centra etc. Van mij mag daar ook meer centrale sturing op komen, want ik mis dat ook wel moet ik zeggen. Conventioneel modern boeren met ruimte voor landschapselementen zoiets. Enfin. Ingewikkeld thema, waar partijen elke dag meer tegenover elkaar komen te staan lijkt het.
LikeGeliked door 1 persoon